Als je met Kerst te horen krijgt dat je in het nieuwe jaar oma wordt, dan grijp je toch direct naar je haaknaald? In No time had ik deze piepkleine slofjes gemaakt. Ik wordt al helemaal warm als ik denk aan die heerlijke spekbeentjes met mini voetjes en piepkleine teentjes. 🙂 Deze slofjes zijn zo klein dat ze echt voor de eerste week bedoelt zijn. Ik moet maar snel nog een paar in een maatje groter maken.

Ik heb de slofjes/schoentjes gemaakt met Catania katoen en haaknaald no. 2,5

4 zooltjes: begin met een sliert van 9 lossen (creme) plus nog 3 lossen voor het eerste stokje. In de 4e losse 3 stokjes haken. in de resterende 8 lossen 8 stokjes haken. Nog 6 stokjes haken in dezelfde losse als waar het laatste stokje in gehaakt is. Langs de andere kant nog 8 stokjes haken plus nog 2 extra in de laatste losse. Sluit de toer met een halve vaste in de 3e losse van het eerste stokje.  Je hebt nu op elk uiteinde 7 stokjes in 1 steek en aan beide kanten 7 stokjes.

2e toer: 2 lossen, 1 vaste in het volgende stokje, 2 vasten in het volgende stokje (2 x), 1 vaste in het volgende stokje (3 x), 1 stokje in het volgende stokje (5x), 2 stokjes in het volgende stokje (2 x), en nu 3 stokjes in het volgende stokje. Je bent nu op de punt. Langs de andere kant verder haken als volgt: 2 stokjes in het volgende stokje (2 x), 1 stokje in het volgende stokje (5x), 1 vaste in het volgende stokje (3 x), 2 vasten in het volgende stokje (2 x), 1 vaste in het laatste stokje. Sluit de toer met een halve vaste.

3e toer: 2 lossen, 1 vaste in de volgende vaste, 2 vasten in de volgende vaste, 1 vaste in de volgende vaste, 2 vasten in de volgende vaste, 6 vasten, 4 stokjes, 2 stokjes in het volgende stokje, 1 stokje in het volgende stokje, 2 stokjes in het volgende stokje, 1 stokje in het volgende stokje, en nu 3 stokjes in het volgende stokje. Je bent nu weer op de punt. 1 stokje in het volgende stokje, 2 stokjes in het volgende stokje, 1 stokje in het volgende stokje, 2 stokjes in het volgende stokje, 4 stokjes, 6 vasten, 2 vasten in de volgende vaste, 1 vaste in de volgende vaste, 2 vasten in de volgende vaste, 1 vaste in de volgende vaste. Sluit de toer met een halve vaste.

Haak 4 zooltjes.

Nu de zooltjes 2 aan 2 met de verkeerde kanten tegen elkaar aan, aan elkaar vast zetten met een bruine draad. Ik heb dit met een slip stitch gedaan door van boven naar beneden de naald door de steken van beide zooltjes te steken en de draad van onder naar boven te halen. Nu door de volgende steken van de 2 zooltjes steken en de draad weer omhoog halen en door de eerste lus op je naald halen. Ga zo verder helemaal in het rond. Doe dit niet te strak! De steekjes moeten mooi boven op het zooltje komen te liggen. Als het goed is heb je nu 50 steekjes op het zooltje. De draad afknippen en wegwerken.

Met een nieuwe bruine draad nu 2 toeren vasten haken op de bruine slip stitches. Nu 1 toer stokjes haken met creme, bovenop de vasten. Telkens de toeren sluiten met een halve vaste. Draad afknippen en wegwerken. Met een nieuw creme draad beginnen met 3 lossen in de 10e steek vanaf het midden van het neusje. Je steekt dus de haaknaald in de 10e steek (aan de zijkant) vanaf het midden van het neusje van het schoentje. De draad oppikken en 3 lossen haken. Nu 6 x 3 stokjes samen haken en dan nog 1 stokje haken in de volgende steek. Het werk keren, 3 lossen. Nu alle stokjes samen haken, als het goed is zijn dat er 7. Haak nog 1 vaste en knip dan de draad af en netjes wegwerken. De bovenkant van het neusje in nu dicht.

Nu weer een nieuwe draad creme oppikken aan de zijkant, te beginnen in de hoek waar de bovenkant van de neus eindigt.

Haal de draad op en haak 2 lossen. Nu vasten haken tot aan de andere kant waar de bovenkant van de neus begint. (2e toer) Keren, 2 lossen, 1 vaste in dezelfde steek als de 2 lossen, 1 losse (“knoopsgat”), een steek overslaan en verder vasten haken tot de laatste 2 steken. 1 losse, een steek overslaan, 2 vasten samen haken. (je haalt een lus op uit de laatste vaste en je haalt een lus op uit een keer losse, deze samen haken). Keren en alle steken vasten haken. Hierbij ook een vaste haken om de lossen (“knoopsgat”). Keren en nogmaals toer 2 haken. Nu nog een laatste toer alleen vasten haken. Draad afknippen en wegwerken.

Met een nieuwe draad creme aanhechten aan de rechterkant van de bovenkant van het neusje. Hier maak ik een kleine “tong” van vasten. Dus de draad oppikken en 2 lossen haken. Verder langs de bovenkant van het neusje 4 toeren vasten haken. De draad afknippen en wegwerken. Elke toer heeft 7 of 8 vasten.

De veter heb ik met bruine katoen gemaakt en is gewoon een sliert van 80 lossen. In de uiteinden heb ik een stevige knoop gelegd en de draad afgeknipt. Om de veter en de “tong” op de juiste plek te houden heb ik bovenop de “tong” een sliertje van 3 lossen met creme gemaakt. Dus met creme een lus naar boven halen, een vaste haken op de plek waar de draad naar boven komt en dan 3 lossen haken. Nu weer een vaste haken op de plek waar je het vast wilt zetten. Draad afknippen en aan de binnenkant de 2 draadjes bij elkaar knopen met 2 knoopjes. Rest afknippen. Nu kan je de veter door dit kleine lusje van 3 lossen halen en de veter verder rijgen door de kleine openingen aan de zijkanten. Strikje erin en klaar!

Als je deze schoentjes wat groter wilt maken begin je gewoon met meer lossen bij de zooltjes.